George was verbluft dat hij dit deel van zijn jeugd was vergeten. Zowel de reading als het dambord in de winkel had deze herinnering opgeroepen. Ik twijfel er niet aan dat Georges grootvader een rol speelde bij het verbinden van de puzzelstukjes. Zijn grootvader slaagde erin George te overtuigen dat hij altijd bij hem was, is, en zal zijn. George stuurde me later een lief kaartje met de tekst: ‘Ik geloof.’ Dankjewel, George. Dat betekent meer dan je denkt.
Soms vinden mensen het leuk een familie-uitje te maken van mijn groepssessies. Zoals Barbara: een opvallende, jonge vrouw die samen met haar zus Jen en haar tante naar een van mijn groepssessies kwam. Ik werd tijdens die sessie afgeleid door Barbara's (overleden) grootvader die erop stond dat ik beelden aan zijn meisjes doorgaf. Ik vertelde Barbara, haar zus en haar tante dat haar opa het had over de verhaaltjes voor het slapen gaan. ‘Hij zegt dat hij sprookjes aan je voorlas en hij toont me een kasteel op een heuvel met een kronkelende weg die omhoog gaat naar het kasteel.’
Ze waren alle drie totaal ontdaan. Barbara vertelde me dat ze op weg naar mij aan haar opa had moeten denken, aan hoe hij haar altijd voorlas toen ze klein was. Ze had haar tante, die met haar meereed, verteld dat ze hoopte dat haar opa zou doorkomen en het zou hebben over de verhaaltjes die hij vroeger voor het slapen gaan aan haar en Jen had voorgelezen. Zij en haar tante haalden liefdevolle herinneringen op aan vroeger en stelden vast dat de verhaaltjes voor het slapen gaan hen ervan zouden overtuigen dat opa er was. Barbara's zus, Jen, die niet bij hen in de auto had gezeten, was de scepticus van het drietal, maar ook haar mond viel open. Ze zei dat ze haar opa onderweg had gevraagd over de verhaaltjes voor het slapen gaan te vertellen, die hij vroeger altijd voorlas. Ze had specifiek om
Ik heb net als de meeste mensen een sociaal leven, maar ik merk dat werk en plezier in het weekend vaak door elkaar lopen. Het was een zonnige zaterdagmiddag en ik was samen met een paar vriendinnen voor de verandering aan het genieten van een lunch buiten de deur. We gingen naderhand nog een cocktail drinken in Champions. Ik krijg maar zelden de kans om dit te doen, dus ik was er helemaal klaar voor om lekker naar de jukebox te luisteren en te genieten. Stacey, mijn beste vriendin, was druk in gesprek met de barkeeper, maar kwam opeens op een holletje naar ons terug.
‘Allison! Dat arme kind, je moet met haar praten. Ze heeft echt jouw input nodig.’
Ik was redelijk ontspannen en zei: ‘Goed dan, zeg maar dat ze hierheen moet komen. Ik praat wel even met haar.’
De barkeeper kwam naar me toe. ‘Hallo, ik ben Kim. Ik hoop dat ik je niet stoor.’
Ik stelde haar gerust en we praatten even over een gezondheidskwestie waar ze mee zat. En toen zei Kim: ‘Ik vraag me echt af hoe het is met een vriendin van me die is overleden. Ik hoop dat ze bij me is.’
Ik wist zeker dat ik goed zat en zei: ‘O, ja hoor, ze is bij je. Ze toont me een witte lelie (in het Engels ook wel paaslelie genaamd). Ze refereert dus aan april. Is ze overleden in april?
Was ze jarig in april?’
(Hieruit blijkt hoe belangrijk het is dat ik goed vertel wat ik zie. Dit is een belangrijk advies dat mensen met aanleg voor helderziendheid ter harte moeten nemen: beschrijf alles wat je ziet; het zal je helpen je cliënt beter te lezen. De informatie die we doorkrijgen, betekent niet altijd wat wij denken dat ze betekent. Soms kan je cliënt helpen bij dit zogenaamde hints-spelletje met het hiernamaals. Mediums zijn niet meer dan boodschappers en soms hebben we de persoon die tegenover ons zit nodig om de boodschap volledig te begrijpen.)
‘Mijn moeder heet April,’ antwoordde Kim. Haar vriendin had het niet over de maand april, maar gaf me juist de naam ‘April’ door. Ik wendde me weer tot Kim en vertelde: ‘Je vriendin refereert nu aan ‘mei’ door M-E-I te spellen.’
Kim begon te lachen en zei dat haar tweede naam ‘Mei’ was. ‘Ik ben naar mijn peetmoeder vernoemd.’ Dat waren de enige namen en/of maanden die ik haar gaf. We praatten nog eventjes en toen ging ze gerustgesteld weer aan het werk.
Ik kreeg op een dag de mogelijkheid een informele reading te geven aan een geweldig echtpaar. Mijn man en ik waren samen met Carol en Randy uit eten en op een gegeven moment keek Randy, mijn lievelingsscepticus, me aan en vroeg: ‘Wat is mijn geluksgetal?’
Ik vuurde een zes terug.
‘Ze heeft gelijk: het is inderdaad zes! Ik heb een keer met een spel meegedaan en ik won met het getal zes. Sindsdien is dat mijn geluksgetal.’